dinsdag 5 november 2013

Werk


Vanaf gisteren ben ik misselijk en lust ik heel veel niet meer. Ik ben ook direct begonnen met de extra medicatie tegen misselijkheid bovenop de standaard medicatie. Het helpt behoorlijk goed en ik kan verder goed uit de voeten. Ik wordt ingewreven met olie en gebakerd door Tip, SPV Oudeschuur die ik inmiddels bij haar voornaam noem. Ik lig daarna stil op mijn rug, met een kruik tegen mijn voeten. Ik slaap niet, want ik broed op een ontwerp voor armbandjes, het Kenauproject. Ik heb nog een klus aangenomen. Ook al is mijn bedrijf volgens een ambtenaar van de sociale dienst 'niet levensvatbaar' en ziet hij mij liever in de bijstand, ik houd stand.

Na het inwrijven, fiets ik naar mijn klant. Ze willen graag voor komend weekend al prototypes, want de bandjes moeten gebruikt worden bij filmopnamen die dan plaatsvinden. Wat ik tot nu toe bedacht heb en wat haalbaar is voor het weekend, volstaat niet. Dat klopt, de tijd tussen het afgeven van de opdracht en deze tussentijdse deadline is veel te kort om tot het juiste ontwerp met het juiste gevoel te komen. Dit is 'paniekvoetbal'. Mijn klant is overtuigd en we spreken af dat we het 'goed' aanpakken. De filmopnamen vinden dan eventueel plaats met 'blanco' bandjes, dan worden de juiste bandjes er later wellicht in gemonteerd. De klant biedt gebak aan, ik sla af. Ook al voel ik me verder goed, ben toch wat appelig door onderdrukte misselijkheid.

Ik vertel mijn klant over mijn chemokuren en dat ik er vertrouwen in heb dat ik tussendoor het project kan opzetten en uitvoeren of goed overdragen. De klant heeft er vertrouwen in, dat is fijn. Ik voel me niet zo heel incompetent meer. Het voelt wel een beetje dubbel, werk aannemen terwijl ik alle reden heb om rust te nemen. Het is afleiding, maar het is ook 'werk'.  Ik overleg met Strato, hij is het met me eens dat dit waarschijnlijk wel te doen is en dat ik het inderdaad over kan dragen als het toch niet blijkt te gaan.