Vanaf gisteren ben ik misselijk en lust ik heel
veel niet meer. Ik ben ook direct begonnen met de extra medicatie tegen
misselijkheid bovenop de standaard medicatie. Het helpt behoorlijk goed en ik
kan verder goed uit de voeten. Ik wordt ingewreven met olie en gebakerd door
Tip, SPV Oudeschuur die ik inmiddels bij haar voornaam noem. Ik lig daarna stil op mijn rug, met een kruik tegen mijn voeten. Ik slaap niet, want ik broed op een
ontwerp voor armbandjes, het Kenauproject. Ik heb nog een klus aangenomen. Ook
al is mijn bedrijf volgens een ambtenaar van de sociale dienst 'niet
levensvatbaar' en ziet hij mij liever in de bijstand, ik houd stand.
Na het inwrijven, fiets ik naar mijn klant. Ze
willen graag voor komend weekend al prototypes, want de bandjes moeten gebruikt
worden bij filmopnamen die dan plaatsvinden. Wat ik tot nu toe bedacht heb en
wat haalbaar is voor het weekend, volstaat niet. Dat klopt, de tijd tussen het
afgeven van de opdracht en deze tussentijdse deadline is veel te kort om tot
het juiste ontwerp met het juiste gevoel te komen. Dit is 'paniekvoetbal'. Mijn
klant is overtuigd en we spreken af dat we het 'goed' aanpakken. De filmopnamen
vinden dan eventueel plaats met 'blanco' bandjes, dan worden de juiste bandjes
er later wellicht in gemonteerd. De klant biedt gebak aan, ik sla af. Ook al
voel ik me verder goed, ben toch wat appelig door onderdrukte misselijkheid.
Ik vertel mijn klant over mijn chemokuren en dat ik
er vertrouwen in heb dat ik tussendoor het project kan opzetten en uitvoeren of
goed overdragen. De klant heeft er vertrouwen in, dat is fijn. Ik voel me niet
zo heel incompetent meer. Het voelt wel een beetje dubbel, werk aannemen
terwijl ik alle reden heb om rust te nemen. Het is afleiding, maar het is ook
'werk'. Ik overleg met Strato, hij is het
met me eens dat dit waarschijnlijk wel te doen is en dat ik het inderdaad over
kan dragen als het toch niet blijkt te gaan.