maandag 4 november 2013

AVL 10.1: Chemotherapie AC 1


Vandaag wordt mijn grootste nachtmerrie werkelijkheid; chemo!

Ik moet me om 9.00 uur melden bij de poli Dagopname. Geen idee of ik ook de hele dag, of een halve dag 'opgenomen' wordt. Geen idee hoe dit in zijn werk gaat. Bij Radiotherapie ben ik eindeloos goed voorbereid op wat me te gebeuren stond. Vandaag is het toch allemaal min of meer een verrassing.

Een baliemevrouw vraagt om mijn oranje kaart. Die heb ik niet. Ze vraagt of ik vandaag een afspraak heb met de arts. Dat weet ik niet. Ik weet alleen dat ik me vandaag om 9.00 uur moet melden bij Dagopname. De baliemevrouw gaat een oranje kaart voor me maken.
In een wachtruimte met bankjes, luie stoelen en een tv nemen we plaats tussen de andere wachtenden. Opvallend veel mutsen en pruiken hier. Net als ik tegen Strato zeg dat ik ook geen flauw idee heb hoe lang we hier moeten verpozen, omdat ik niet weet hoe het werkt hier, komt 'mijn' verpleegkundige Simon ons halen.

Simon neemt ons mee naar een spreekkamer. Hij gaat ons iets uitleggen. Simon doet me denken aan 'Pieter Post' uit de animatieserie. Een lange, aardige man, maar eerder verstrooid dan helder in zijn uitleg. Hij vraagt of ik de documentatie gelezen heb, dat heb ik wel gedaan.... maar ik weet er niks meer van. Ik heb een 'kankerpauze' genomen, maar nu is er geen ontkomen meer aan. Ik moest voor deze dag een hoop huiswerk maken in de vorm van formulieren met veel aan te kruizen hokjes en ruimte voor toelichting. Simon pakt het aan en legt het naast zich neer. Ik heb van alles aangevinkt waar ik het nu met de verpleegkundige over zou willen hebben, maar Simon bekijkt mijn 'verlanglijstje' niet en begint een eigen verhaal.

Hij vertelt iets over de 3 vloeistoffen die ik toegediend ga krijgen, dat klinkt niet fijn. Terwijl hij vertelt, wijst hij naar zijn nek. Ik denk daardoor dat ik ook een infuus in mijn nek krijg. Dat lijkt me niet fijn. Hij adviseert me dagelijks 6 x mijn mond te spoelen met gekookt, zout water. Dit is tegen aften, ontstekingen en andere narigheid in de mond. Hij ziet hier wel eens de 'vreselijkste gevallen' van mensen die niet meer kunnen praten en eten door de aften en koortsuitslag. Dat klinkt niet fijn. Iedere keer als ik kom voor chemo, moet ik een uur eerder komen en eerst bloed laten prikken. De dokter kijkt dan eerst of mijn lijf de chemo wel aan kan. Dat klinkt niet fijn.

Ik keer de tas om met medicatie die ik moest halen bij de apotheek en meenemen. De verpleegkundige zou dan uitleggen hoe, wat en wanneer te gebruiken. Simon bekijkt de doosjes en ziet dat nergens een voorschrift voor gebruik op staat. Dat klopt ook met het verhaal van de internist dat de verpleegkundige, Simon dus, dit gaat vertellen. Simon weet van niks, maar weet het gelukkig wel. Terwijl Simon vertelt, kriebelt Strato met een pen de voorschriften op de doosjes. Het is allemaal tegen de misselijkheid, van boven en van onder in te nemen. Een uur voor de chemo vandaag moet ik de eerste pil (van boven) innemen. Simon weet nog niet hoe laat ik chemo krijg, dus ook niet of ik de pil al in moet nemen.

Simon gaat even weg. Strato en ik kijken elkaar verward aan. Tot nu toe heel rommelig allemaal, dat geeft me geen moed voor het echte werk, de 'grote boze chemo'. Als Simon terug komt, mag ik de pil innemen, over een uur krijg ik het infuus. Hij vraagt of ik nog vragen heb. Ja, 3 miljoen vragen, maar ik houd me in. Ik vraag alleen of ik de volgende chemo's 's middags kan krijgen. Het 'geweld' van de ochtendspits vind ik het naarste wat er is (na kanker dan). 'Dat wil iedereen wel' zegt Simon. Ze werken van 9.00 tot 18.00 uur. De eerste paar uur van de dag zijn altijd moeilijk te vullen met werk en daarna hebben de verpleegkundigen op deze afdeling het allemaal erg druk. In die eerste paar uur moeten mensen eerst bloed laten prikken en praten met de internist, kijken of er 'groen licht' is voor chemo die dag.

Ik snap het helemaal. Er klinkt wat frustratie door in het verhaal van Simon. Echter snap ik niet waarom de werktijden dan niet anders geregeld zijn voor de 'verpleegkundigen op deze afdeling'. Ik merk het wel, ik kom om 9.00 uur als dat moet. Simon haalt ook nog de patiƫnten aan die van veel verder moeten komen, het is niet nodig, de boodschap is duidelijk. Strato wil ook graag van Simon weten of en wanneer mijn haar uitvalt. Simon denkt dat als ik over 3 weken weer voor chemo kom, mijn haar al flink aan het uitvallen is, zo niet geheel uitgevallen.

We lopen achter Simon aan voor een glaasje water en mijn eerste pil.