vrijdag 31 januari 2014

AVL 17.1: Tweehonderdzestig


Vandaag moet ik even naar de dagopname, controle en verzorging van de Picc-lijn. De Picc-lijn moet wekelijks verzorgd worden. De verpleegkundige van de dagopname heeft het erover dat de thuiszorg is 'ingeschakeld'. Ik begrijp niet goed waarvoor. Ik krijg een wekelijkse chemokuur en dan verzorgen ze meteen de Picc-lijn. Ik weet niet wat de thuiszorg dan nog komt doen.

Nathalie is met me mee, dus ze ziet me onderuitgezakt met mijn sportmuts op, half ontkleed op bed liggen. De verpleegkundige constateert dat de Picc-lijn prima werkt en verschoont de pleister. Een deel van de pleister hoeft eigenlijk maar eens in de drie weken vervangen, maar deze zit nogal los dus deze wordt ook direct vervangen. Misschien is deze niet goed blijven plakken door de verdovingsspray die Martha op mijn arm heeft gespoten. Wie zal het zeggen. Het maakt ook niks uit.

We zijn snel weer klaar, Nathalie en ik gaan naar een ziekenhuis een stukje verderop. Hier hebben ze een apotheek en moet ik een Picc-lijn-verzorgingsbox op gaan halen. We doen er vrij lang over om het ziekenhuis te vinden. Het navigatiesysteem stuurt ons door de binnenlanden van deze stad en we doen er veel langer over dan nodig om het ziekenhuis te vinden.

Als we geparkeerd staan en we uitgestapt zijn, komt er net een jongeman in een golfkarretje langs. Hij biedt ons een lift aan naar de ingang van het ziekenhuis. Welja, ik ben toch een patiënt, dus doe ook maar. Ik zit naast de jongen, Nathalie zit met haar rug naar me toe achterop. Het waait verschrikkelijk, dus we tochten zowat uit de open kar. We hebben wel muziek. Ik zeg tegen de chauffeur dat ik het bijzonder vind dat zijn golfkar is uitgerust met muziek. Het is zijn Iphone en deze heeft hij ook paraat zodat ze hem kunnen bellen als hij iemand op moet halen. We worden netjes voor de deur afgeleverd. Ik moet twee trappen op, dat duurt even.

Het is druk bij de apotheek. We gaan er maar even bij zitten. Ik heb een sportmutsje op. Nathalie vraagt of ik niet zie dat mensen naar me kijken en of ik dat idee niet vervelend vind. Nee, dat zie ik niet. Het is nu ook eenmaal zo dat ik patiënt ben en ga er van uit dat als mensen naar me kijken, dat dat is wat ze dan zien en denken. Niks aan te doen. Ik voel me zelfbewuster als ik met mijn pruik op loop. Dan is het net of ik een 'geheim' op mijn hoofd draag.

Als ik aan de beurt ben, moet de hele lijst met artikelen uit de Picc-lijn-verzorgingsbox per stuk en handmatig ingetypt worden. Dit is niet gewoon een regel 'Picc-lijn-verzorgingsbox' in het systeem die in één keer met een muisklik bevestigd kan worden. De apotheek-meneer doet een beetje benauwd over het gegeven dat ze geen contract hebben met mijn verzekeraar. Ik moet contant afrekenen en dan zelf een declaratie indienen bij VGZ. Prima.

Na een kwartier vraagt de meneer of ik wellicht wil zitten totdat hij klaar is met het intypen van de lange lijst spullen. Ik zeg nee en bedenk direct daarna dat het eigenlijk wel handig is. Ik zeg automatisch 'nee' en bedenk daarna pas: 'Oh ja, ik ben patiënt, mijn conditie is niet in orde'. Evengoed ga ik niet zitten. Ik heb geen zin in 'patiënten-gedoe', ik ben een bikkel.

De apotheek-meneer heeft hulp nodig. Er is hier iemand die alles weet van Picc-lijn-verzorgingsboxen. Als de dame in kwestie verschijnt, koppelt de meneer zijn tablet en pen af, hij gebruikt geen muis. Hij vertrekt naar een andere computer. De apotheek-mevrouw neemt het van hem over. Zij begint ook over het feit dat ik zelf de kosten moet voorschieten voor de verzekeraar. Het kan ook zijn dat ik niet alles vergoed krijg, dan moet ik haar nog eens bellen want dan wil de apotheker wellicht de overige kosten eenmalig kwijtschelden. Ik mag kiezen of ik nu betaal of dat ik een factuur wil ontvangen. Ik betaal nu wel. Ze gaat verder met het stuk voor stuk invoeren van de artikelen. Dat terwijl de box klaar staat, de inhoud hoeft niet bij elkaar gezocht te worden.

Ik vraag waarom ik niet bij mijn eigen apotheek deze spullen kan halen. Er zitten onderdelen in die niet in het assortiment van de reguliere apotheek voorkomen. De andere artikelen kan ik daar in het vervolg wel halen. Het duurt maar en het duurt maar. Ik blijf vriendelijk glimlachen, er zit niks anders op. Iedereen doet zijn best. Af en toe kijk ik naar Nathalie, ze is in gesprek met een leuke man met een boek, later hoor ik dat hij al uren zit te wachten op een medicijn. Tijd om af te rekenen. Een doos met o.a. injectienaalden, gaasjes en een flesje alcohol. 260 euro, TWEEHONDERDZESTIG euro! Die middag, thuis bestudeer ik de inhoud. De 'bio-pleisters zijn het duurste 'ingrediënt' van de box.

Nu met de box onder mijn arm, gaan we weer, dit keer neem ik de lift naar beneden. Prompt komt de jongen met het golfkarretje er weer aan. We gaan weer met hem mee. Ik weer voorin met de kostbare box op schoot. De bestuurder vraagt of we de lange weg naar onze auto willen of de afgesneden route. Dit kan dan alleen als ik het aankan dat we over een drempel gaan. Wat mij betreft nemen we de drempel en de korte weg. Hij stuurt zijn golfkar over een stoepje, we passen net aan tussen een paaltje en struik door. Aan de andere kant van het stoepje ligt een houten hellinkje, heeft de bestuurder daar neergelegd om de rit soepeler te maken. Hij doet dit vrijwillig, drie ochtenden in de week, held. Het is behoorlijk koud, hij heeft heel dik vet op zijn lippen. Verstandig met dit weer.