Ik lig met ontbloot bovenlijf op tafel. De
fysiotherapeute leunt over mij heen. Haar linkerarm steunend op mijn buik en
ribben. Met twee handen heeft ze mijn linkerborst beet en trekt recht naar
boven. Haar hoofd wat weggedraaid, anders zou mijn tepel wel eens in haar
neusgat kunnen prikken.
Aan de andere kant van de deur hoor ik een bekende
stem. Het is Ruud de dakdekker.
Later vraagt mijn broer of Ruud de dakdekker me
gezien heeft. Gelukkig niet, zeg ik.